Categories: Loonheffing

by Harry Hugens

Share

Categories: Loonheffing

door Harry Hugens

Deel

Meer informatie hierover? Schrijf je nu in voor een actualiteitencollege!

Extra fiscaal voordeel behalen met het leasen van een elektrische auto?

Ruil dan brutoloon om voor een vergoeding van de kosten van een elektrische leaseauto!

Uit een recente publicatie in het Financieel Dagblad blijkt dat het realiseren van een extra fiscaal voordeel, waarbij gebruik wordt gemaakt van het uitruilen van brutoloon voor een vergoeding van de kosten van een elektrische auto van de werknemer, onder voorwaarden, is toegestaan door de Belastingdienst.

Hoe kan dit voordeel worden gerealiseerd?

De werknemer sluit in deze situatie zelf in privé een leasecontract af voor een elektrische auto. De werknemer en werkgever besluiten vervolgens dat alle kosten van dit privateleasecontract en het elektriciteitsgebruik van deze auto worden vergoed door de werkgever. In ruil daarvoor wordt het brutoloon van de werknemer overeenkomstig verlaagd. Deze uitruil wordt schriftelijk vastgelegd. Fiscaaltechnisch valt deze uitruil van brutolooncomponenten onder de strikte regels van de Cafetariaregeling (keuzeloon) van de Wet op de loonbelasting.

Waar zit het fiscale voordeel dan in?

Normaal wordt het brutoloon volledig belast tegen het reguliere tarief van de Loonheffing. Omdat door de uitruil van het brutoloon sprake is van het volledig vergoeden van de kosten van de privéauto van de werknemer, gaan hiervoor de wettelijke bijtellingsregels van de auto van de zaak gelden. Bij elektrische auto’s van de zaak bedraagt de fiscale bijtelling 4% van de cataloguswaarde van de betreffende auto.

Per 1 januari 2019 wordt deze bijtelling overigens afgetopt en bedraagt de bijtelling 4% tot een cataloguswaarde t/m € 50.000 en daarboven bedraagt de bijtelling 22% van de cataloguswaarde.

Het voordeel ontstaat doordat de fiscale bijtelling vaak gunstiger wordt belast dan het brutoloon dat nodig is om de maandelijkse factuur van het privateleasecontract van de werknemer te betalen.

Voorbeeld

Een werknemer met een brutoloon van € 3.750 least in privé een elektrische BMW I3 met een cataloguswaarde van € 40.000 voor € 600 inclusief Btw per maand. Het elektriciteitsgebruik van deze BMW bedraagt € 50 per maand, gebaseerd op een gebruik van 10.000 kilometer per jaar. Als de werkgever deze auto zelf als auto van de zaak aan de werknemer ter beschikking zou stellen, bedraagt de maandelijkse bijtelling op het loon van de werknemer € 133,33 (4% x € 40.000 : 12 maanden). Werkgever en werknemer besluiten dat het brutoloon van de werknemer wordt verlaagd met € 650 (€ 600 leasetermijn en € 50 elektriciteitsgebruik) en dat de werkgever hiervoor een overeenkomstige vergoeding geeft voor de kosten van deze elektrische auto.

Berekening fiscale voordeel:
Bij een bruto maandloon van € 3.750 bedraagt de inhouding aan Loonheffing met gebruikmaking van de witte maandtabel en de heffingskorting € 1.131,92
Bij een bruto maandloon van € 3.233,33 (€ 3.750 – € 650 uitruil loon + bijtelling € 133,33) bedraagt de inhouding aan Loonheffing met gebruikmaking van de witte maandtabel en de heffingskorting € 877,58
Het totaal maandelijks fiscaal voordeel voor de werknemer bedraagt in dit voorbeeld: € 254,34

Wat zijn de addertjes onder het gras?

Tegenover dit fiscale voordeel staan wel een aantal belangrijke nadelen voor de werknemer op het gebied van zijn Sociale Zekerheidsrechten, zijn recht op vakantiegeld, 13de maand en (mogelijk) zijn pensioenrechten. Die worden door het verlagen van het brutoloon lager. In het hiervoor genoemde voorbeeld bedraagt de vermindering van het zogenaamde Loon SV maandelijks € 516,67. Dit betekent dat deze werknemer in het geval van Werkloosheid of Arbeidsongeschiktheid maandelijks bruto zo’n € 360 minder aan uitkering zal ontvangen.

Voor de werkgever spelen de hiervoor genoemde nadelen niet. Hij betaalt door de verlaging van het brutoloon o.a. minder SV-premies, minder vakantiegeld en (mogelijk) minder pensioenpremies. De werkgever kan in de besproken situatie echter niet in aanmerking komen voor de aftrek van de Btw. Het contract staat immers op naam van de werknemer. Als de werkgever besluit om ook het contract over te nemen van de werknemer en het op zijn naam te zetten, kan hij, als hij voldoet aan de overige fiscale eisen, wel in aanmerking komen voor de aftrek van de Btw. Belangrijk is dus dat de hele uitruilregeling goed schriftelijk wordt vastgelegd. Dat is niet alleen fiscaal verplicht, maar geeft alle partijen ook duidelijkheid in alle fiscale en sociale consequenties van deze uitruilregeling.

Tot slot

De toepassing van deze uitruilregeling is maatwerk. Het berekende fiscale voordeel is afhankelijk van de hoogte van het brutoloon van de betreffende werknemer. Daarnaast kan het brutoloon niet onbeperkt in hoogte worden uitgeruild. De uitruil mag namelijk niet in strijd zijn met wettelijke bepalingen waarvan niet mag worden afgeweken uit o.a. de Wet op het minimumloon en het Burgerlijk Wetboek.

Gerelateerde berichten