by Harry Hugens
Share
Hoge Raad maakt gedeeltelijk ontslag mogelijk
Op grond van de uitspraak van de Hoge Raad van 21 februari 2020 over een werkneemster bij een schoonmaakbedrijf kan de arbeidsovereenkomst op initiatief van elk der partijen gedeeltelijk worden beëindigd. Dit betekent dat er met deze uitspraak van de Hoge Raad vanaf nu een grotere flexibiliteit in het ontslagrecht is ontslaan.
Door deze uitspraak krijgen werknemers die worden geconfronteerd met een ontslagverzoek bij de Kantonrechter meer mogelijkheden om een volledig ontslag te voorkomen.
De Hoge Raad geeft in haar overwegingen aan dat de arbeidsovereenkomst door of op initiatief van partijen op de volgende manieren kan worden beëindigd:
- Partijen kunnen schriftelijk overeenkomen de arbeidsovereenkomst gedeeltelijk te beëindigen.
- Een algeheel ontslag kan worden gevolgd door een nieuwe, aangepaste arbeidsovereenkomst.
- De arbeidsovereenkomst kan gedeeltelijk worden ontbonden op grond van een tekortkoming in de nakoming van de overeenkomst.
- De werknemer kan op grond van de in het arrest Stoof/Mammoet geformuleerde maatstaf gehouden zijn in te stemmen met een redelijk voorstel van de werkgever tot wijziging van de arbeidsovereenkomst (op basis van goed werkgeverschap), dat in resultaat neerkomt op een gedeeltelijke beëindiging van de arbeidsovereenkomst.
- Bovendien kan de werkgever op grond van de Wet flexibel werken of op grond van goed werkgeverschap gehouden zijn met een daartoe strekkend voorstel van de kant van de werknemer in te stemmen.
Verschuldigdheid van de Transitievergoeding
In de hiervoor onder 2, 4 en 5 genoemde gevallen kan door het gedeeltelijke ontslag een wettelijk aanspraak ontstaan op een gedeeltelijke transitievergoeding als:
- is voldaan aan de vereisten die artikel 7:673 BW stelt;
- door omstandigheden gedwongen tot gedeeltelijke beëindiging van de arbeidsovereenkomst is overgegaan; en
- de gedeeltelijke beëindiging een substantiële en structurele vermindering van de arbeidstijd van de werknemer betreft. Dit laatste doet zich voor bij een vermindering van de arbeidstijd met minstens 20% die naar redelijke verwachting ook blijvend zal zijn.
Commissie Borstlap
Opvallend is dat deze uitspraak van de Hoge Raad vrijwel geheel in lijn is met het eindrapport van de Commissie Borstlap, waarin voorstellen zijn gedaan om een gedeeltelijke ontbinding van de arbeidsovereenkomst mogelijk te maken. Nu heeft de Rechter deze bevoegdheid (nog) niet, omdat op grond van artikel 7:671b BW de arbeidsovereenkomst ondeelbaar is.
Uitspraak Hoge Raad, 21 februari 2020, ECLI:NL:HR:2020:283
In de modelovereenkomsten die zijn gebaseerd op vrije vervanging, staat dat de opdrachtnemer zich vrij mag laten vervangen en dat er daardoor geen sprake is van een dienstbetrekking. Maar de uitspraak van de Hoge Raad zegt nu dat er bij vrije vervanging wél sprake kan zijn van een dienstbetrekking.
Als een arbeidsrelatie wordt beëindigd zonder dat het UWV of de kantonrechter hierbij betrokken zijn, noemen we dat een ontslag met wederzijds goedvinden.
Het kabinet wil permanent tijdelijk werk sterk beperken. Na een reeks tijdelijke contracten bij een werkgever mag pas na vijf jaar weer met een nieuw tijdelijk contract worden gewerkt.
Het Kabinet wil de (on-)balans herstellen als het gaat om het werken met zelfstandigen en als zelfstandige.